De wesp is een insect, maar binnen deze zogenaamde superfamilie van wespachtigen zijn er heel veel verschillende soorten wespen. De bekendste van allemaal is de zogenaamde ‘gewone wesp’. Dit is de geel-zwarte wesp die wij allemaal wel kennen en behoort deze groep tot de papierwespen. Naast deze subcategorie zijn er nog veel meer wespensoorten zoals bijvoorbeeld: mierwespen, knotswespen, keverdoders, spinnendoders en de plooivleugelwespen. Deze wespen hebben allemaal een eigen manier van (samen)leven en bouwen van nesten. De kleur van de nesten hangt bijvoorbeeld erg af van de soort wesp.

Mierwespen

De mierwesp is een wesp zonder vleugels. Hij kan tussen de 0,3 cm en 2,5 cm lang worden en de vrouwtjes kunnen steken. De vrouwtjes leggen de eitjes op de larven van een bijen- of wespenkolonie. Deze larven zijn het voedsel van de eitjes. De larven van de mierwesp doet zich tegoed aan de omgeving van de gastheer en vertrekt als hij ontpopt is.

Spindoders

De spinnendoders hebben zich gespecialiseerd in het vangen van spinnen. Zij jagen op spinnen en gebruiken deze uiteraard als voedsel. Ze verlammen de spin om hem vervolgens makkelijk te kunnen opeten. Het komt zelden voor dat het leidt tot een gevecht tussen de spinnendoder en de spin.

Plooivleugelwesp

De plooivleugelwesp is een familie die over de hele wereld voorkomt. Ze worden plooivleugelwespen genoemd omdat ze hun vleugels kunnen opvouwen. Hierdoor lijkt het alsof de vleugels heel klein zijn terwijl ze in feite vrij groot van stuk zijn. Bijna alle plooivleugelwespen zijn zwart met gele dwarsbanden en de vrouwtjes kunnen pijnlijk steken. De plooivleugelswesp voert zijn larven met fijngeknaagde insecten. De meeste soorten maken hun nest van zand maar sommigen ook van vezels of hout, zoals de papierwesp of de veldwesp.